Corona
Wmo-ondersteuning
Op basis van de rijksmaatregelen waren we als gemeente verplicht om de leveranciers voor Wmo-vervoer en Leerlingenvervoer, naast de vergoeding van verreden ritten ook nog eens 80% van de niet-verreden ritten aan de vervoerder te compenseren. In de periode maart tot september is daarom een bedrag van € 114.600 aan de vervoerder van het Wmo-vervoer vergoed als compensatie voor niet-verreden ritten. De vergoeding van compensatie niet-verreden ritten is conform landelijke richtlijnen en middels een collegebesluit van 14 april 2020 aan de WMO-vervoerders toegekend/uitbetaald.
Gecontracteerde aanbieders van Hulp bij het huishouden en Wmo-begeleiding hebben als gevolg van de coronamaatregelen niet alle zorg kunnen leveren of hebben zorg in aangepaste vorm geleverd. Ook hebben inwoners aangegeven dat zij tijdelijk geen ondersteuning wensen te ontvangen als gevolg van deze maatregelen. Deze mindere omzet heeft grote gevolgen voor de continuïteit van de gecontracteerde aanbieders. Op 15 april 2020 heeft de VNG uitgewerkt hoe gemeenten kunnen voorzien in continuïteit van financiering van zorgaanbieders ten tijde van de coronacrisis. Op basis hiervan heeft het college ingestemd met vergoeden van een gegarandeerde omzet in de periode van 23 maart tot en met 1 juli 2020. Deze omzetgarantie is gebaseerd op de productieverantwoording van de aanbieder over 2019. Een verrekening vindt plaats op het moment dat er meer gefactureerd is (in het kader van de gegarandeerde omzet), in verhouding tot de daadwerkelijk gemaakte kosten. Deze afspraken zijn geheel in lijn met de landelijke afspraken hierover. Begin 2021 kan op basis van de eindverantwoording 2020 verrekening plaatsvinden. De vergoeding van compensatie niet-verreden ritten is conform landelijke richtlijnen en middels een collegebesluit van 14 april 2020 aan de WMO-vervoerders toegekend/uitbetaald.
Door het volgen van de maatregelen van het RIVM kunnen er meerkosten (zijn) ontstaan bij de gecontracteerde aanbieders. Hiertoe hebben het Rijk en VNG een format opgeleverd welke gebruikt kan worden om de meerkosten te declareren bij de gemeente. De periode waarover meerkosten kunnen worden gedeclareerd loopt van 1 maart tot en met 31 december 2020.
Coherente
Om het welzijnswerk in stand te houden heeft de gemeente toegezegd de exploitatiesubsidie in stand te laten. Met de deelnemers aan Co's kamer en de ouderen aan de activiteiten is wekelijks telefonisch contact geweest. Hiervoor zijn vrijwilligers ingeschakeld. Er is een speciale coronapagina op de website ingericht, waar alle informatie over corona, over hulp krijgen en hulp aanbieden en over online vermaak zijn opgenomen. In het Seniorennieuws zijn activiteiten voor thuis opgenomen en er is gestart met een wekelijkse nieuwsbrief 'De week van Co', die digitaal en op papier verschijnt. Zodra de richtlijnen zijn versoepeld zijn met de nodige aanpassingen de deelnemers aan Co's kamer weer ontvangen.
De activiteiten voor de jeugd zijn van binnen zoveel mogelijk naar buiten verplaatst en er zijn programma's gemaakt in afstemming met de scholen. In de vakanties zijn buitenactiviteiten georganiseerd.
Mantelzorgondersteuning
Mantelzorg en Meer heeft aan het begin van de corona uitbraak alle ingeschreven mantelzorgers een bloemetje gebracht. De vraag om ondersteuning is toegenomen en er zijn alternatieven bedacht om mantelzorgers te ondersteunen. De contacten konden grotendeels door beeldbellen worden onderhouden.
Cliëntondersteuning
De vraag naar cliëntondersteuning is dit jaar toegenomen. De belangrijkste oorzaak hiervoor is de coronacrisis. Doordat cliënten niet konden worden doorverwezen naar andere voorzieningen zijn veel clientondersteuningtrajecten bij MEE langer doorgelopen. Hierdoor zijn meer uren ingezet dan begroot waarvoor € 10.000 extra subsidie is toegekend. Ook zonder de corona effecten zagen wij een toename van het aantal vragen voor cliëntondersteuning.